Bij niveau A is er sprake van geen/beperkte gedragsproblematiek. Er is sprake van een stabiele situatie (afspraken te maken, weinig risico op escalatie), motivatie en inzicht in de eigen situatie.
Hieronder staan voorbeelden van kenmerken van de situatie van inwoners of gezinssystemen die onder niveau A vallen:
- er is meestal geen of in beperkte mate sprake van gedragsproblematiek.
- er is sprake van een stabiele (ontwikkel en opvoed) context.
- de inwoner en/of het cliëntsysteem kan afspraken maken over het moment van de ondersteuning.
- de kans op risicovolle situaties en of escalatie is gering.
- de zorgvrager heeft voldoende inzicht: kan veranderingen in eigen ondersteuningsbehoefte signaleren en hierop reageren.
- de inwoner of het gezinssysteem is gemotiveerd.